Artikels

Randeevoe Norbert Rosseau

Musicus, componist, dirigent, soldaat én suikerbakker Norbert Rosseau 

Oudenaarde • Geboren als Norbert Oscar Claude Rosseau op 11 december 1907 in Gent en er gestorven, terwijl hij op de tram stond te wachten, op 1 november 1975. Zijn ouders waren circus-/variétéartiesten, moeder Stella speelde piano, vader Max viool… Geen wonder dus dat deze halve Oudenaardenaar ook de muzikale richting uitging. Een kennismaking met een te weinig bekende componist…, Norbert Rosseau.

Op zesjarige leeftijd kreeg hij van zijn vader zijn eerste kleine viool. Hij luisterde naar wat hij hoorde in zijn omgeving en probeerde dit na te spelen. Tijdens de oorlogsjaren zat hij met zijn ouders geblokkeerd in Italië. Daar leerde hij als zevenjarige echt viool spelen bij de bekende zigeunerviolist Piramo. 

Optredens als 8-jarige

Norbert krijgt thuisonderwijs en doet heel veel aan zelfstudie. Toen hij acht jaar was gaf hij al kleine optredens. Hij werd zo al snel als wonderkind aanzien, waardoor hij onder meer mocht optreden voor de paus (Benedictus de 15de) en andere titeldragende hoge functionarissen. 

Aan het conservatorium van Rome valt hij in de prijzen. Naast muziekinstrumenten zoals piano, orgel en fuga bestudeert hij ook Italiaanse literatuur en de geschiedenis van de oude muziek. 

Samen met vervolmakingsstudies volgt hij een dirigentenstage. Hij geeft zowel in België als in Italië optredens als concertviolist. 

Snoepjesmaker in Kerzelare

De militaire dienstplicht van Norbert zorgde er in 1932 voor dat de familie zich terug en definitief in België vestigde. In de herfst en winter verbleven ze in Gent, in de lente- en zomermaanden in Oudenaarde. Meerbepaald in Edelare/Kerzelare. Daar ontpopte hij zich, in het in 1812 opgerichte familiebedrijf, als een echte suikerbakker. De hele zomer maakte hij er “lekkies” voor de bedevaarders en de toeristen. Op zondagen was hij er dirigent van het koor in de mis. 

Van violist naar componist

Intussen was hij soldaat bij het Belgisch leger. In 1940 kwam er plots een einde aan zijn carrière als violist door een kogelschot in zijn hand. Hij besloot zich dan maar op het componeren te focussen. Opnieuw deed hij veel aan zelfstudie en begon hij al snel te experimenteren met elektronische muziek. Hij ontwikkelde zijn eigen twaalftoonstechniek (dodecafonie). 

Niet voor de eer

Norbert componeerde niet voor de eer, hij was een bescheiden persoon. Als hij aan iets begon, wist hij vaak niet
of en hoe het zou eindigen. Hij werkte regelmatig aan meerdere totaal verschillende werken tegelijkertijd. 

Norbert werkte weinig in opdracht, eerder uit innerlijke motivatie. In de winter zonderde hij zich af in alle anonimiteit in een koud kamertje om daar te kunnen componeren. Hij droeg toen een dikke mantel en handschoenen zonder vingertoppen. 

Hij werd omschreven als een diepreligieus, minzaam, steeds lachend eclectisch persoon. Hij experimenteerde graag, maar had evenzeer veel respect voor het traditionele. 

Toen hij in 1947 zijn opus 38 schreef, hield hij geen rekening meer met algemeen geldende regels en dat voelde voor hem aan als een totale bevrijding.

Zijn opuslijst telt 121 werken. Zowel voor koren, orkesten, opera’s, missen, oratoria, zuiver vocaal, solo-instrumenten, kamerensembles en passies. Hij viel meermaals in de prijzen, vaak heel belangrijke. 

In 1951 componeerde hij trouwens, ter gelegenheid van de 500ste verjaardag van het bedevaartsoord in Kerzelare, het oratorium (=vooral vocaal met geestelijke inhoud) ‘Maria van den Kerselaar’. 

Dit jaar is hij 45 jaar geleden gestorven. En… hij ligt niet begraven in Gent, maar… op het kerkhof van Edelare.

Met dank aan Marc Maryns.


MEER INFO
sites.google.com/site/norbertrosseau

Toegevoegd op 30.04.2020

Categorie: Cultuur

Auteur: Frederic de Vos

contacteer ons

telefoonicoon.png+32 (0)491 25 99 62 mailicoon.pnginfo@randeevoe.be facebookicoon.pngRandeevoe 
Spilthoorestraat 67 - 9770 Kruisem